Nieuwe ESG en CSRD regelgeving – en de betekenis voor de recreatiesector

Er komt nieuwe wetgeving aan waar ook de recreatiesector mee te maken gaat krijgen: de Corporate Sustainable Reporting Directive (CSRD). Deze wetgeving komt er in het kort op neer dat bedrijven moeten gaan rapporteren op ESG-gebied: over wat ze doen op milieu (Environmental) en maatschappelijk (Social) vlak en qua goed bestuur (Governance). Angelique Lombarts van Elan-ESG geeft een uitleg over de gevolgen voor de recreatiesector.

Foto: Pretwerk op een duurzame vakantiewoning @ Landal Aelderholt

ESG is de bedrijfsmatige vertaling van de meer bekende Sustainable Development Goals (SDG) van de Verenigde Naties die voor individuen geldt. ESG is bedoeld voor bedrijven. Het is complexe, veelomvattende materie. Hieronder de belangrijkste aspecten in een notendop.

Wie moet wanneer gaan rapporteren?

Beursgenoteerde bedrijven die aan twee van de drie vereisten voldoen: meer dan 250 medewerkers, 40 miljoen aan omzet en 20 miljoen aan vastgoed/bezit, rapporteren in 2024 over boekjaar 2023. Dat betreft dus niet veel recreatiebedrijven…! Maar, in de jaren daaropvolgend zullen ook vele andere bedrijven hieraan moeten geloven. Nog belangrijker zijn de ‘kleine lettertjes’. We sommen de belangrijkste ‘weetjes’ op en geven een aantal fictieve voorbeelden.

Ketenverplichting

Grote bedrijven die aan de CSRD moeten voldoen zullen alleen nog willen werken met bedrijven die een ESG-beleid hebben of bezig zijn dit op te zetten. Dit staat bekend als de zogeheten ketenverplichting. Hetzelfde geldt voor leveranciers. Stel je huurt een schoonmaakdienst in bij een groot CSRD-plichtig bedrijf. Zelf heb je nog geen ESG-beleid en hoef je niet aan de CSRD te voldoen. Vanwege de complexiteit ben je ook niet van plan dat wel te gaan doen. Echter, omdat het schoonmaakbedrijf is verplicht om zich te vergewissen van wat haar klanten op ESG-gebied doen. Zij zal het ontbreken van beleid het eerste jaar wellicht nog door de vingers zien, maar daarna zullen zij toch serieus verlangen dat jij iets op ESG-gebied gaat doen.  Zo niet, dan loop je de kans dat je een goede leverancier kwijtraakt. Vroeger was dit ondenkbaar maar in deze markt waar sowieso personeelskrapte heerst; een reëel risico.

Financieringen en verzekeringen

Om een lening te verkrijgen, verlangen banken dat bedrijven een duurzaamheidsbeleid hebben. Zonder ESG-beleid zal het ingewikkelder worden financiering rond te krijgen of worden hogere rentepercentages doorberekend. Misschien nog belangrijker, wanneer plannen niet ‘groen’ of ‘sociaal’ zijn, dan kan het verkrijgen van vreemd vermogen vrijwel onmogelijk worden.

Stel, je wilt je park uitbreiden met extra chalets. Om dit te kunnen bekostigen, klop je aan bij de bank. De nieuwe chalets zullen ‘groen’ zijn, bijvoorbeeld voorzien van zonnepanelen die ook energie leveren aan het zwembad. Of je wilt je saunacomplex energiezuinig maken. Goed voor het milieu en er wordt bespaard. Banken zullen in dit soort gevallen makkelijker geld verstrekken dan wanneer en geen ‘groen’ beleid wordt gevoerd.

Een andere financiële impact kan van verzekeraars komen. Verzekeraars zijn – als financiële instelling – zelf gehouden aan ESG-beleid. De verzekeraar zal bijvoorbeeld lagere premies in rekening kunnen brengen wanneer het wagenpark van het bedrijf geëlektrificeerd is. Zo stimuleert de verzekeraar vergroening door de premies te diversifiëren ten gunste van elektrisch rijden. Wederom niet alleen een ecologische maar ook financiële prikkel voor het bedrijf.

Dubbele materialiteit

Een steeds terugkerende term in het ESG-beleid is ‘dubbele materialiteit’. Eenvoudig gezegd gaat het hier om het rekening houden met uiteenlopende stakeholders in twee richtingen. De impact die het bedrijf heeft op haar stakeholders (inside-out) en de impact die stakeholders kunnen hebben op het bedrijf (outside-in).

Outside-in

Naast de al genoemde voorbeelden hierboven, nog twee voorbeelden waarbij de buitenwereld sterke invloed heeft op de bedrijfsvoering: het tekort op de arbeidsmarkt. Niet voor niets is er recent een Hospitality Pact tussen tal van zowel publiek als private partijen – van belangenbehartigers, tot onderwijsinstellingen en werkgevers – afgesloten om de branche als aantrekkelijke werkgever te profileren. De kans dat door droogte er restricties komen op waterverbruik is ook een outside-in voorbeeld. Indien planten niet meer besproeid mogen worden en zwembaden niet gevuld, dan heeft dit een directe negatieve impact op de bedrijfsvoering van veel vakantie- en pretparken.

Inside-out

Omgekeerd kunnen recreatiebedrijven, maar ook evenementen-organisatoren veel impact hebben op de omgeving. Denk aan de vele festivals die naast de nodige geluidsoverlast ook een belasting voor parken en bossen zijn. De grote aantallen bezoekers zijn er vaak overdag en ’s nachts, feesten tot laat en verblijven op een (tijdelijke) camping in de buurt. Steeds vaker zijn er actievoerders die vanwege de belasting van het milieu hiertegen protesteren. De natuurbeschermingswacht die naar de rechter stapt om het concert van Rammstein in Groningen te laten verbieden is een recent en concreet voorbeeld. Zo zijn er nog tal van andere voorbeelden te bedenken, maar voor nu volstaat dit.

ESG – nut en noodzaak

Naast de verplichte en dringende (financiële) redenen zoals energie- en waterbesparing en afvalvermindering, om een ESG-beleid te gaan voeren zijn er ook andere argumenten die maken dat aandacht voor ESG geen overbodige luxe is. Consumenten en gasten hechten steeds meer waarde aan duurzaamheid. Een sterk ESG-beleid heef invloed op de reputatie en helpt bij het bouwen van merkloyaliteit waardoor de kans op herhaalbezoek toeneemt (en dus verkoopkostenverlagend werkt). Daarnaast neemt het ethisch besef toe. Denk aan activistische aandeelhouders en andere partijen die hun stem luid en duidelijk laten horen bij de aandeelhoudersvergaderingen van bijvoorbeeld Shell en Philips. Bij de eerste is het Milieudefensie die Shell dwingt strenger milieumaatregelen te nemen om haar CO2 uitstoot te verminderen. De tweede moest de vergoeding van de CEO begrenzen na een langlopend en slepend probleem met apneu apparaten. Daarnaast heeft het een positieve invloed op medewerkerstevredenheid en retentie. Immers, eerlijke arbeidsomstandigheden, gelijke kansen, het bieden van opleidingskansen etc. resulteren in beter gemotiveerde, productievere en loyalere medewerkers. Tot slot, doordat processen en workflows verbeterd worden neemt de operationele efficiëntie toe.

Wat te doen en hoe te beginnen?

De één vindt het nog steeds een ver-van mijn-bed show, de ander vindt het alarmerend. Allebei zijn wellicht wat overtrokken gedachten. Maar niets doen is geen optie meer. Wat dan wel te doen?

1. Maak een inventarisatie waar het bedrijf nu op ESG-gebied staat;

2. Bepaal waar je over drie jaar wilt staan;

3. Stippel uit hoe daar te komen – maak een jaarplan met 3 tot 5 prioriteiten.

4. Begin!


Met dank aan (auteurs van dit artikel):

Elvira Wilthagen en Angelique Lombarts van Elan-ESG in Hospitality. Deze twee oprichters van het adviesbureau brengen jarenlange kennis en ervaring mee binnen de hospitality, recreatie en toerismebranche. Zij zijn gespecialiseerd in organisatiekunde, marketing & sales en governance. Daarnaast werken ze samen met partners die hun kennis en ervaring verder aanvullen.

Meer informatie: www: elan-esginhospitality.nl

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *