Belgische dagattracties vrezen voor ontwrichtende gevolgen door snelle invoering BTW verhoging

De Belgische regering presenteerde deze week plannen om o.a. de BTW op ‘vermaak’ te verhogen van 6 naar 12%. Diverse vormen van dagrecreatie, waaronder attractieparken, dierentuinen en indoor speelhallen krijgen er mee te maken. Drie koepelorganisaties van attracties vrezen dat de sector economische schade oploopt en vragen om tenminste een redelijke termijn om de prijsaanpassingen in te voeren.

Foto: Pretwerk @ Bellewaerde

Het persbericht,ondertekend door de Koepel van Attracties en Musea (Vlaanderen), Attractions et Tourisme (Wallonië) en Belgaparks (koepel van de grotere attractieparken in België), roept met urgentie op tot 2 maatregelen:

  • Uitstel van de inwerkingtreding tot 1 januari 2027, om een economisch, technisch en contractueel beheersbare overgang te garanderen.
  • Blokkering op het verhogen en het invoeren van verblijfs- en andere belastingen voor attracties en musea op gemeentelijk, stedelijk, provinciaal en regionaal niveau.

Het mag duidelijk zijn dat de sector van attracties niet gelukkig zijn met de maatregel. Vrijwel alle vormen van dagrecreatie met een entreetarief worden er door geraakt. Alleen de musea die nu nog onder het 0% BTW tarief vallen lijken de dans te ontspringen.

Naast de verhoging van belasting op ‘vermaak’ krijgen ook toeristische verblijven en sport te maken met een btw-verhoging van 6 naar 12%. Sommige bedrijven, zoals bijvoorbeeld Plopsa, Pairi Daiza en de Lilse Bergen, krijgen dus op meerdere van hun verdienmodellen (dag- en verblijfsrecreatie) te maken met een lastenverzwaring. (zie ook reacties van Horeca Vlaanderen en Recread).

Een complete lijst van bedrijven en activiteiten die strakst van 6 naar 12% btw verschuiven is op dit moment (27-11-2025) nog niet voorhanden.

De attracties sommen op waarom deze maatregel geen goed idee is:

1. Stapeling van lasten

De afgelopen jaren hebben exploitanten te maken gehad met een opeenstapeling van uitzonderlijke lasten: opeenvolgende loonindexeringen, algemene inflatie, stijgende energiekosten, de COVID-crisis, strengere eisen op het gebied van veiligheid, onderhoud en conformiteit.
Een verhoging van de btw kan niet worden doorgevoerd zonder het economisch evenwicht van de organisaties te verstoren en de continuïteit ervan te bedreigen.

2. Werkgelegenheid

De sector van pretparken, toeristische attracties en musea genereert duizenden niet-verplaatsbare
banen, verspreid over alle regio’s van het land. Zijn vermogen om te investeren in veiligheid,
onderhoud, vernieuwing van het aanbod en innovatie is de directe motor van:

  • zijn aantrekkelijkheid,
  • zijn economische ontwikkeling,
  • zijn bijdrage aan de lokale werkgelegenheid

3. Internationale concurrentiepositie

De verhoging van het btw-tarief voor toeristische attracties en musea vindt plaats in een Europese context waarin de meeste buurlanden verlaagde tarieven hanteren om de aantrekkelijkheid van hun cultureel en recreatief aanbod te ondersteunen.

Een groot deel van het bezoekersaantal van attracties in België bestaat echter uit lokale bezoekers en bezoekers uit de ons omringende landen, die bijzonder gevoelig zijn voor prijsvergelijkingen en snelle afwegingen maken tussen nabijgelegen bestemmingen (Frankrijk, Luxemburg, Nederland, Duitsland).

BTW tarieven attractieparken en dierentuinen over de grens

  • Nederland: 9%
  • Duitsland: 19% / Dierentuinen: 0%
  • Frankrijk: 5,5%
Verzameld door Pretwerk / Leisure360 d.d. 27-11-2025

4. Hoge investeringsdruk

Er is een permanente nood aan herinvestering, niet enkel in innovatieve belevingen en attracties om competitief te blijven, maar ook in veiligheid en onderhoud van bestaande attracties en infrastructuur, én uiteraard ook in duurzaamheid..

Deze hoge investeringen hebben een directe positieve impact op de Belgische economie. Een plotseling onevenwicht in inkomsten en uitgaven en kosten zal een directe impact hebben op investeringsbudgetten alsook op de economie en de directe en indirecte tewerkstelling.

5. Onhaalbare termijn

De tarieven voor 2026 zijn door vrijwel alle bedrijven al vastgelegd en bekendgemaakt. Er zijn contracten gesloten met Belgische en buitenlandse scholen, groepen, bedrijven en touroperators, en er zijn verkopen gerealiseerd tegen het huidige tarief. Het wijzigen van het btw-tarief op zo’n korte termijn zou leiden tot:

  • inconsistenties in de tarieven,
  • contractuele risico’s,
  • aanzienlijke operationele extra kosten.

Bron en meer informatie: Koepel van Attracties en Musea – consumentenmerk; Riebedebie

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *