In 2024 is de gemiddelde omzet- en winstgroei in het Nederlandse midden- en kleinbedrijf op een historisch laag niveau uitgekomen, 3,1%. Hierdoor is de investeringsruimte in het mkb nog verder onder druk komen te staan, zo blijkt uit het nieuwe SRA-rapport Branches in zicht 2025. Ook in de horecasector, waar vakantieparken en hotels onder vallen, is een daling in de winst te zien.
Uit het rapport blijkt dat de gemiddelde omzetgroei in 2024 is uitgekomen op 3,4 procent. Hoewel positief, is deze ontwikkeling in historisch opzicht mager: met uitzondering van het bijzondere coronajaar 2020 was de omzetgroei in het SRA-BiZ-onderzoek niet eerder zo beperkt. Achter de omzettoename gaat bovendien vooral inflatie schuil.
Stijgende personeelskosten
Een belangrijke factor is de verder stijging van bedrijfskosten met opnieuw een opvallende rol voor de personeelskosten. “De personeelskosten zijn voor het derde jaar op rij fors gestegen”, aldus Pieter van der Kwaak, bestuurslid van SRA. “Gemiddeld gaat daar inmiddels 24% van de omzet aan op. Dit knaagt aan de marges, het resultaat en aan het investerend vermogen.”
Marges en investeringen onder druk
De gemiddelde winstmarge was is in 2024 slechts 7,6%. Dit betekent dat een ondernemer van elke 100 euro omzet gemiddeld slechts 7,60 euro overhoudt. Daarvan moeten ondernemers alles doen: belasting betalen, rente aflossen en investeren in cruciale thema’s zoals verduurzaming en digitalisering. Voor een vijfde van de ondernemers moet er daarnaast ook nog een inkomen van af. “Dit is geen houdbare situatie”, vindt Van der Kwaak. “Het potentieel van het mkb is nog altijd groot. Maar om dat potentieel te benutten, is meer investeringsruimte noodzakelijk.”
Grote verschillen tussen branches
Op brancheniveau liepen de cijfers flink uiteen. Wat betreft omzet bleven de industrie (+1,6%), bouw (+1,5%), horeca (+0,3%) en specialistische zakelijke dienstverlening (-2,2%) achter bij het gemiddelde. Deze branches leverden ook alle vier in ten opzichte van een jaar eerder. De omzetontwikkeling in de medische zorg (+14%) en de automotive (+12,8%) was juist hoger dan het mkb-cijfer, net als in de logistiek (5,4%) en de detailhandel (5,3%).
Ondanks een bovengemiddelde omzetontwikkeling wisten de logistiek en detailhandel geen winstgroei te realiseren. Integendeel: de winst daalde met respectievelijk bijna 16% en ruim 25%. Ook de horeca (-9,3%) en de bouw (-4,7%) zagen hun winst afnemen ten opzichte van 2023. De winstontwikkeling was het sterkst in de automotive en de medische zorg.
Deelbranche horeca, vakantieparken en hotels: groei in omzet maar daling in winst
Bijna de helft van de horecabedrijven leverde in op de winst en in ruim 25% van de gevallen ging het om een forse winstdaling van 50% of meer. Tegelijkertijd behaalde bijna 26% juist een winstgroei van ten minste 50%. De verschillen binnen de branche waren dus aanzienlijk.
Wat betreft omzet deden vooral de hotels het goed, maar de winst in deze deelbranche daalde toch. De gemiddelde bezettingsgraden en kamerprijzen zijn in 2024 gestegen, wat een positieve invloed had op de omzet. De resultaten worden echter sterk gedrukt door de snel oplopende kosten voor personeel en relatief forse afdrachten aan boekingsplatforms.
Ook restaurants lieten per saldo omzetgroei zien, maar leverden in op de winst (vooral in het goedkopere segment). Veel restaurants konden door een tekort aan personeel niet alle dagen open, terwijl de vaste lasten wel doorliepen.
Kampeerterreinen leverden sterk in op zowel de omzet als de winst. Voor verhuurders van vakantiehuisjes en -appartementen was het juist opnieuw een positief jaar.
Bron en meer informatie: www.sra.nl